huiselijk geweld
1|Aandacht voor huiselijk geweld
Huiselijk geweld staat de laatste jaren hoog op diverse agenda’s. Naast het feit dat
onderzoek het zicht op de aard en omvang van het fenomeen heeft vergroot, zijn veel
organisaties drukdoende met de aanpak.
Ook beleidsmatig is een aantal belangrijke ontwikkelingen te geven. In 1998 is huiselijk
geweld tot speerpunt van het rijksoverheidsbeleid benoemd en in 2000 start het
project ‘Voorkomen en bestrijden huiselijk geweld’.1
Doel van dit project is huiselijk
geweld zowel preventief, curatief als repressief aan te pakken op centraal en decentraal
niveau. De nota ‘Privé geweld - Publieke zaak’ uit 2002 geeft nog meer basis voor
een brede en interdisciplinaire aanpak;2
huiselijk geweld wordt hierin aangemerkt als
een gezondheids- en veiligheidsprobleem. De tot dan toe geringe overheidsbemoeienis
(relatieproblemen werden beschouwd als een privé-aangelegenheid) is daarmee losgelaten.
Sindsdien ligt de nadruk meer op het strafbare karakter en het bestrijden van
huiselijk geweld. Noemenswaardig in het kader van de (innovatieve) aanpak zijn de
pilots die op dit moment worden uitgevoerd met het huisverbod voor plegers van huiselijk
geweld.
1.1 Registratie van huiselijk geweld door de politie.
Sinds het voorjaar van 2004 is door de landelijk projectleider huiselijk geweld bij de
politie een traject in gang gezet om te komen tot een eenduidige registratie van huiselijk
geweld binnen het bedrijfsprocessensysteem van de 25 regiopolitiekorpsen.3
Uiteindelijk
moet dit traject leiden tot betrouwbare gegevens die kunnen dienen als
beleidsmonitor maar ook de basis vormen voor beleidsontwikkeling en gerichte aanpak
van huiselijk geweld.
|Kernbegrippen|
Incident: dit is een breed begrip, want het gaat om meldingen, aangiften of zaken die de politie
zelf signaleert en muteert in haar bedrijfsprocessensysteem.
Melding: hier worden de meldingen bedoeld die door de burgers (telefonisch of aan het bureau)
bij de politie worden gedaan.
Aangifte: het officieel bij de politie aangifte doen van een strafbaar feit op papier en ondertekend
met het verzoek dit te vervolgen.
Om uit de 25 politiesystemen waarin registraties met betrekking tot overtredingen en
misdrijven worden vastgelegd incidenten die betrekking hebben op huiselijk geweld te
kunnen halen, zijn er met de regiokorpsen afspraken gemaakt.
vrijdag 13 november 2015
gemist 3.0
Groepsfases
- Voorfase (Het ontwerpen en vaststellen van de groep en hun taakverdeling.)
- Oriëntatiefase (De fase waarin er een plaats gevonden moet worden in de taak structuur en het gevoel krijgen erbij te horen.)
- Machtsfase (Ieder groepslid probeert in deze fase een zo comfortable mogelijk positie te bezetten, sommige hebben meer macht en gezag dan andere.)
- Affectiefase (In deze fase staat het omgaan met elkaar centraal. Mensen zijn openhartiger over hun gevoelens en over hun persoonlijke leven en men begrijpt elkaar ook steeds beter.)
- De fase van de autonome groep (Ieder groepslid kent zijn positie in de groep en word gewaardeerd door iedereen.)
Groepsopracht klas:
2.a: Teruggetrokken en afwachtend.
2.b: Niet in de klas gemerkt.
2.c: Nee nog niet.
3.a: Ja, meer dan genoeg.
3.b: Niet dat ik weet.
3.c: Een oplossing.
4.a: Mensen reageerden feller, deden kortaf.
5.a: Onze klas had dat niet echt. Er waren altijd wel mensen die elkaar niet mochten en die dan een groepsopdracht moesten maken.
5.b: Omdat je dan weer allerlei geërgerde mensen hoort die bij elkaar in de groep zitten.
6.a: Machtsfase.
6.b: Er zijn nog best veel irritaties onderling.
7: Ze moeten van zichzelf een natuurlijke leider zijn.
gemist 2.0
Positieve psychologie
In de psychologie werd vaak gekeken naar zwakke kanten van mensen. Positieve psychologie kijkt juist naar de sterke kanten van mensen. Hoe kun jij van jezelf en anderen sterke kanten stimuleren en verbeteren? Dat is het doel dat de stroming positieve psychologie wil bereiken en uiteindelijk: meer geluk.
Positieve psychologie heeft veel te maken met Optimisme, Hoop, Vertrouwen in eigen effectiviteit, Zelfrespect, Positieve emoties en natuurlijk de 'flow'. Flow heb je op het moment dat je helemaal opgaat in je werkzaamheden en dat het ook lekker loopt.
Wanneer heb ik mijn 'flow' moment?
Ik heb flowmomenten als ik een presentatie heb gedaan waar ik van te voren heel zenuwachtig voor was. Ook als een sollicitatie gesprek bij werk of stageplekken goed is verlopen. Op stage heb ik ook geleerd om voor grote groepen kinderen te staan. Dus daar heb ik nu ook een lekkere flow als ik voor een groep sta en dat voelt goed.
Ik herken de invloeden van posititieve psychologie ook heel goed op stage, want de kinderen komen graag naar ons toe, omdat ze weten dat ze leren goed met elkaar om te gaan in de klas en leren hoe ze respect kunnen leren krijgen bij anderen. Door de aangepaste activiteiten die wij doen voor de kinderen leren ze ook vooral hun zelfvetrouwen te vergroten, waardoor ze zich ook beter in de klas gaan voelen en zelf beter in hun vel gaan zitten. Zo komt er ook een betere 'flow' in de klas en dat is niet alleen goed voor bij ons maar ook voor de andere vijf dagen dat ze naar school moeten.
Ik wil later met de doelgroep vluchtelingen gaan werken. Hierbij zou ik de positieve psychologie heel goed kunnen toepassen, want dat kunnen zij zeker gebruiken. Waarschijnlijk hebben de vluchtelingen nare dingen meegemaakt, waardoor ze niet lekker in hun vel kunnen zitten of slechte herinneringen hebben. Ik zou ze willen helpen met niet teveel in het verleden te hangen, maar juist een gelukkige toekomst in Nederland op te bouwen. Je kan dat bereiken door de vluchteling, Nederland te laten zien op heel veel positieve manieren, zoals een keer met ze te gaan schaatsen of verschillende nederlandse steden laten zien.
In de psychologie werd vaak gekeken naar zwakke kanten van mensen. Positieve psychologie kijkt juist naar de sterke kanten van mensen. Hoe kun jij van jezelf en anderen sterke kanten stimuleren en verbeteren? Dat is het doel dat de stroming positieve psychologie wil bereiken en uiteindelijk: meer geluk.
Positieve psychologie heeft veel te maken met Optimisme, Hoop, Vertrouwen in eigen effectiviteit, Zelfrespect, Positieve emoties en natuurlijk de 'flow'. Flow heb je op het moment dat je helemaal opgaat in je werkzaamheden en dat het ook lekker loopt.
Wanneer heb ik mijn 'flow' moment?
Ik heb flowmomenten als ik een presentatie heb gedaan waar ik van te voren heel zenuwachtig voor was. Ook als een sollicitatie gesprek bij werk of stageplekken goed is verlopen. Op stage heb ik ook geleerd om voor grote groepen kinderen te staan. Dus daar heb ik nu ook een lekkere flow als ik voor een groep sta en dat voelt goed.
Ik herken de invloeden van posititieve psychologie ook heel goed op stage, want de kinderen komen graag naar ons toe, omdat ze weten dat ze leren goed met elkaar om te gaan in de klas en leren hoe ze respect kunnen leren krijgen bij anderen. Door de aangepaste activiteiten die wij doen voor de kinderen leren ze ook vooral hun zelfvetrouwen te vergroten, waardoor ze zich ook beter in de klas gaan voelen en zelf beter in hun vel gaan zitten. Zo komt er ook een betere 'flow' in de klas en dat is niet alleen goed voor bij ons maar ook voor de andere vijf dagen dat ze naar school moeten.
Ik wil later met de doelgroep vluchtelingen gaan werken. Hierbij zou ik de positieve psychologie heel goed kunnen toepassen, want dat kunnen zij zeker gebruiken. Waarschijnlijk hebben de vluchtelingen nare dingen meegemaakt, waardoor ze niet lekker in hun vel kunnen zitten of slechte herinneringen hebben. Ik zou ze willen helpen met niet teveel in het verleden te hangen, maar juist een gelukkige toekomst in Nederland op te bouwen. Je kan dat bereiken door de vluchteling, Nederland te laten zien op heel veel positieve manieren, zoals een keer met ze te gaan schaatsen of verschillende nederlandse steden laten zien.
gemist
Theorie van Maslow
Mijn vader is in Brazilië op vakantie geweest en hij kwam ook een paar dagen in de stad Rio de Janeiro. Hij zei me dat het verschil daar tussen arm en rijk heel groot is. Je ziet daar duidelijk de theorie van Maslow terugkomen van mensen die net kunnen overleven en mensen die juist heel goed werk hebben en volledig de persoon kunnen zijn die ze willen zijn
Mijn vader is in Brazilië op vakantie geweest en hij kwam ook een paar dagen in de stad Rio de Janeiro. Hij zei me dat het verschil daar tussen arm en rijk heel groot is. Je ziet daar duidelijk de theorie van Maslow terugkomen van mensen die net kunnen overleven en mensen die juist heel goed werk hebben en volledig de persoon kunnen zijn die ze willen zijn
wat ik heb gemist
1. Gedrag van justin is vooral het op de achtergrond blijven. Hij toont zichzelf niet en komt heel onzeker over. Hij durft niet snel in contact te komen met mensen.
2. Psychische mishandeling en psychische verwaarlozing. Want hij werd veel gekleineerd thuis en ook op school. Zijn moeder gaf hem vooral het gevoel dat hij niet goed genoeg was door hem weinig aandacht te geven. Maar ook omdat ze het meeste van de tijd zo negatief was tegen Justin.
3. Ervaring: Ik ben niet goed genoeg, ik hoor er niet bij.
Interpretatie: Andere mensen vinden het niet fijn als ik erbij ben.
Conclusie: Ik ben niet de moeite waard.
Overtuiging: Ik zal er nooit bij horen
Besluit: Ik zonder me af. Ik zoek geen contact
Gedrag: Terugtrekken. Geen contact zoeken met anderen. Rare reacties geven
Reactie: Irritatie, buitensluiten
Uitbetaling: Zie je nou wel. Ik hoor er niet bij. Ik ben niet de moeite waard.
4. Justin blijft hangen in de primaire behoeften, hij vind het moeilijk om in de bestaanszekerheid te komen omdat hij niemand heeft op school en thuis eigenlijk ook niet.
5. Vertellen hoe hij zich voelt en vragen of instellingen hem hulp kunnen bieden.
6. SMART
Justin over een maand contact te laten hebben met zijn klasgenoten en zijn moeder.
7.
Belanghebbende
|
Probleemdefinitie
|
Belangen
|
Hulpbronnen
|
Invloed / macht
|
Jeugdzorg
|
verleden
|
Helpen
|
bijeenkomst
|
Kennis, ervaring
|
Ouders
|
opvoeding
|
Helpen
|
gesprekken
|
Ouderlijke macht
|
8.
Intern
|
Extern
| ||
S
|
W
|
O
|
T
|
Eerste contact
|
wantrouwen
|
Betere leefomstandigheden
|
ouders
|
9.
Wie
· Voor wie is het?
· Wie begeleidt?
|
Wat
· Wat gebeurt er precies?
· Hoe wordt het begeleid?
|
Waar
· Welke ruimte?
· Welke plek precies?
|
Waarmee
· Alle materialen
· Incl. hoeveelheden
|
Wanneer
· Datum/data
· Tijd(en)
|
Wie: Justin
Wie begeleid: Wouter
Wat gebeurt er precies: Zelfvertrouwen geven aan Justin en zorgen dat hij socialer wordt in de omvang
Hoe wordt het begeleid: Door Wouter, Jeugdzorg en zijn ouders
Waar: School, thuissituatie
Waarmee: /
Wanneer: 1 Januari doel bereikt, 5 doordeweeksedagen in de week aan werken.
1 Arbeidsomstandigheden: veilige werkomgeving voor Justin, veilig gevoel geven.
Geld: er is hier geen geld voor nodig
Abonneren op:
Posts (Atom)